Het woonverhaal van Willem

Het is hartje winter als we de 70-jarige Willem Borsboom (vanwege de geldende coronamaatregelen via een inbelverbinding) spreken over het wonen in de Rivierzone. Zonder dat we dit keer een huisbezoek af kunnen leggen, krijgen we door zijn beeldende manier van vertellen een goed beeld van hoe hij woont en waarom hij voor deze plek gekozen heeft.

“Varen zit in mijn bloed. Ik houd van het water. Ik ben ooit als matroos begonnen en opgeklommen tot kapitein. Na tussendoor een blauwe maandag als scheepstimmerman gewerkt te hebben, wilde ik weer heel gauw het water op. De vrijheid. Ver weg kunnen kijken. Dat heb ik nodig. Naast dat ik op deze stek alle boten voorbij zie komen, is mijn huis vanbinnen ook net een scheepsmuseum,” vertelt hij.” 

“Ik omring me graag met alles over scheepvaart en de maritieme geschiedenis. En deze plek ligt niet alleen mooi, je bevindt je ook op dè locatie die mensen die Vlaardingen nog van vroeger kennen ‘traditioneel’ voor zich zien als ze aan deze stad denken; De ligging onder de rook van Rotterdam vlakbij de havens. De bedrijvigheid. Het Delta Hotel. De Chinees. De havens. Het Hoofd. De plekken bekend van de haringvisserij, met hun oude pakhuizen…
Wist je dat veel panden er aan de buitenkant nog uitzien net als vroeger, maar inmiddels vanbinnen prachtig modern zijn ingericht? Ik houd ervan. Dit is een industriële, maar ook een historische plek, waar oud en nieuw elkaar ontmoeten in de breedste zin van het woord. Helemaal straks met een nieuwe wijk die ‘mixt’ met de huidige plek. En de geplande ontwikkeling van het Museumkwartier, is zoals het in de krant staat vermeld ‘de gedroomde verbinding tussen de binnenstad en de Rivierzone’. Mooi toch?” 

“De meeste mensen vragen me ook …Waar is dat nou eigenlijk die Abel Tasmanlaan? Dan zeg ik: Nou… achter het spoor!  Dacht je dat daar alleen maar industrie is? Nee joh! Ik kijk uit op het water en een leuk stadsparkje.  Verborgen parel van de woningcorporatie.  Ze gaan dit gebied niet voor niets de komende jaren verder ontwikkelen. Je hebt er een geweldig uitzicht, redelijk dichtbij het centrum maar ver genoeg weg van alle drukte." Hij vertelt verder. “De Rivierzone is voor mij de perfecte plek om te wonen. Ik woonde vroeger in de VOP. Ook niet verkeerd, maar wel met smalle en drukke straatjes. Hier is het wat ruimer van opzet. Een rustige buurt, maar met een stoere stedelijke, industriële uitstraling. Nu ben ik met pensioen, maar toen ik hier 17 jaar geleden kwam wonen en nog voor het Havenbedrijf Rotterdam werkte, stapte ik bijna voor mijn deur via de aflossteiger de boot van de Havendienst op. Heerlijk."   

“Wat oude en te grote bomen die het uitzicht bederven (ik heb daarmee als bestuurslid van de Bewonerscontactgroep Rivierzone al weleens in de krant gestaan) vormen het enige minpuntje hier, want veel bewoners zijn hier juist komen wonen voor het uitzicht op de rivier. Voor die veelal wat oudere bewoners is de weg naar de winkels soms ook een uitdaging omdat een goede busverbinding ontbreekt. Er is nu tijdelijk een Hoogvliet Supermarkt en De Bolder bejaardenflat, heeft een kleine winkel voor de ‘vergeten’ boodschappen, maar verder is er weinig. We hopen met de nieuwbouwplannen in de wijk op meer voorzieningen en op een beter mix tussen oudere en jongere bewoners. En om daarnaast dan nog één aandachtspuntje te noemen: de drukke doorgaande Deltaweg, de scheiding tussen de oude en nieuwe Sluiswijk, lijkt soms wel een racebaan. Toch heb ik de hoop dat dat in de toekomst gaat veranderen door aanleg van rotondes.  Diverse partijen zijn bezig de Rivierzone te ontwikkelen.  De krant staat er vol mee. Ik heb hier een map vol knipsels. En ook het voormalig Unilever gebouw heeft een mooie nieuwe bestemming. Wij hebben er als omwonenden over mee mogen denken.” 

Willem is ervan overtuigd dat de geplande ontwikkelingen de Rivierzone levendiger zullen maken. “Al moet het op deze fijne plek natuurlijk ook weer niet té druk worden”, zegt hij al lachend. “Dit is wel typisch zo’n buurt die de potentie heeft om helemaal hip te worden en weer net zo bedrijvig als vroeger te worden. Niet alleen met klanten van aanwezige bedrijven, maar ook met bezoekers en inwoners. De rondleidingen die we hier in de buurt met een gids organiseren voor omwonenden worden in de zomer goed bezocht. Dat is omdat dit gebied nieuwsgierig maakt. Van een bezoek aan het Deltahotel en wandeling langs de kade, tot een wandeling langs de havens, langs de metro, de sluis en diverse monumenten en het beeld van de Visser. In Coronatijd is ook de historische wandeling ‘Van ’t Oft naar ‘t Oofd’ nieuw leven ingeblazen en voor de gelegenheid door diverse horecabedrijven, omgedoopt tot ‘Natte Thee Tour’.”

“Voor het gevoel van een ‘Stadshaven’ hoef je echt niet per sé naar Rotterdam.  Ik vind het hier ‘goud’ en mij krijg je hier niet snel meer weg. Het is een fijne combi tussen stad en water. Maar er is nog wel werk aan de winkel hoor! Nu moet ik toch nog te vaak uitleggen waar ik dan precies woon. Veel mensen weten niet eens dat hier nog flats staan!”

“Kom dus vooral eens kijken. Als je ziet wat ze met het voormalig Unilever gebouw doen en hoe ze daar de omgeving bij betrekken. Als je ziet hoe ze hier niet alleen werken aan nieuwe woningen, maar ook echt de openbare ruimte willen aanpakken, dan word ik enthousiast. Maar ik ben soms ook een beetje de luis in de pels. En dan praat ik niet alleen over te hoge bomen of hoe hard er wordt gereden. Je ziet hier ’s zomers regelmatig fietsers zoeken naar het pontje. Nou, dat vaart al meer dan 10 jaar niet meer, maar de borden staan er nog gewoon.  Er zijn ook andere verkeersborden die nog oude routes aangeven, waardoor je soms fietsers die naar Hoek van Holland willen, ter hoogte van de Gamma compleet verdwaasd en vaak verdwaald ziet rondfietsen. Zonde. Ik houd de gemeente en andere partijen dus graag wakker. Participatie. En ‘positief kritisch’ noemen ze dat geloof ik”, zegt hij schaterlachend.

Willem vertelt ons verder over zijn werk voor het Buurtpunt Abeltje waar hij in ‘de pré-Coronaperiode bij de koffieochtenden hielp en waar van alles georganiseerd werd. Over de Woningstichting Samenwerking is hij één en al lof. “We hebben laatst nog overal nieuwe ramen gekregen en de sloten zijn vervangen. Dankzij de corporatie mogen we het oude schoolgebouwtje voor een redelijk bedrag gebruiken en ook voor jongeren worden er in het Abeltje activiteiten georganiseerd. Zij helpen ons ook regelmatig met onze laptops en mobieltjes. Je hoeft echt niet bij elkaar over de vloer te komen, dat is hier niet. Bewoners zijn niet overdreven ‘dik’ met elkaar, maar er is wel saamhorigheid en mensen houden hun woonplek netjes. Zoals het hoort.”

“In dit wat ‘verscholen’ gebied vind je wat mij betreft het beste van twee werelden. Jong en oud.  Moderne gebouwen en oude pakhuizen. Stad en water. En er valt altijd weer wat nieuws te ontdekken.”