Het woonverhaal van Dinah

Langer zelfstandig in Knarrenhof: droom of werkelijkheid?

Mevr Heinsbroek-1Stel, je bent 65-plus. Nog lang niet rijp voor het bejaardenhuis. Je staat middenin het leven. Beweegt nog, kan alles nog, maar je woont wel in je eentje in een (te) groot huis. Man overleden. Kinderen het huis uit. Een karakteristieke eengezinswoning tot je beschikking waar niets mis mee is.  Je wilt best kleiner wonen. Maar niet op een flat. Je hebt het budget om een andere woning te kopen met een tuintje. Aan 70 vierkante meter heb je genoeg. Die nieuwe kleine woning moet wel op een plek staan waar je gelijk gestemde senioren vindt; Ouderen die ook nog op zichzelf wonen maar misschien in de toekomst wat hulp nodig gaan hebben. Je bent bereid elkaar daarbij te helpen, zodat jullie minder beroep hoeven te doen op zorg. Zo maak je letterlijk en figuurlijk ruimte voor jonge gezinnen in jouw betaalbare, goed onderhouden eengezinswoning op leeftijd. Jij betrekt iets nieuws, liefst in een modern hofje, en gaat daarmee kleiner wonen. In een beschermde, knusse maar toch vrije omgeving. Jouw huis komt op de markt voor gezinnen die een (groter) en betaalbaar goed onderhouden huis zoeken.

…Logisch verhaal toch?  En een win-win situatie zou je zeggen.
Het is het verhaal van Dinah Heinsbroek. Of dat zou het kunnen zijn. 

Dinah woont momenteel nog in haar grote eengezinswoning in Vlaardingen-West. Zij zet zich al vanaf april 2020 actief in voor een Knarrenhof in Vlaardingen.  Het klinkt inderdaad simpel en logisch. Maar eenvoudig is het niet.
‘Ik zet me al vanaf 2020 in voor een Knarrenhof in Vlaardingen.’ vertelt ze. ‘Vroeger had je de Begijnhofjes bijvoorbeeld. Het principe is mooi. Je woont in een kleine woning met buitenruimte, kunt elkaar een beetje helpen en in de gaten houden als dat nodig is, maar blijft toch zelfstandig wonen. Daardoor hoeven mensen minder beroep te doen op de zorg, zijn minder eenzaam en blijven langer fysiek en mentaal gezond. Ik heb dat voorbeeld gezien bij de Stichting Knarrenhof in Overijssel. Maar het gaat hier nog zo moeizaam! Begrijp me niet verkeerd…Aan de goede bedoelingen van de gemeente ligt het niet en ook Waterweg Wonen vindt het een goed idee. Een dergelijk initiatief sluit ook prima aan op de Woonvisie van gemeente Vlaardingen. Maar de gemeente heeft helaas geen eigen grond beschikbaar! Die is inmiddels allemaal in handen van ontwikkelaars en die rekenen de hoofdprijs. Voor mensen die bijvoorbeeld een tiny house zouden willen (laten) bouwen geldt hetzelfde.  Zo zonde! We willen graag plek maken voor anderen die meer ruimte zoeken. We willen graag duurzaam zijn. We vragen niet veel, alleen wat ruimte en een kleine eigentijdse woning. Maar dat is ons tot op heden helaas niet gegund. En dat is zo jammer. Want wat in het noorden kan,  moet toch hier met wat creativiteit ook kunnen? En als er dan geen betaalbare nieuwe grond beschikbaar is, dan zijn er ook nog tal van zogeheten inbreidings-mogelijkheden? Bijvoorbeeld op plaatsen waar je gaat slopen of vernieuwen een dergelijk hofje terugbouwen?  Wat mij betreft ruimte zat in de (bestaande) stad. Ik denk dan aan de oude brandweerkazerne of plekken waar panden nu staan te verkrotten. Maar ook die zijn vaak helaas al in handen van ontwikkelaars.  Dan denk ik: waarom moet het zo moeilijk zijn? Een klein stukje grond, 30 (of als je 1 laag ‘stapelt’) 60 schattige huisjes, modern, energiezuinig waar mensen nog echt voor elkaar zorgen. Hoe mooi gezond oud worden is dat? 
‘Ik was dan ook gezond jaloers toen ik onlangs hoorde dat de gemeenteraad van Schiedam wél instemt met de totstandkoming van een Knarrenhof in de stad. Zoiets moet toch in Vlaardingen ook ergens wel te realiseren zijn? Ik ben blij hoor, want dit soort initiatieven moet je omarmen. De partij voor de ouderen heeft daar politiek ook goed zijn werk gedaan en ik schrijf me er zelf natuurlijk ook voor in. Maar eigenlijk wil ik nog niet opgeven en zoiets hier in en met de gemeente Vlaardingen ook voor elkaar krijgen’. Hier voel ik me thuis.
Dit soort kleine huisjes kunnen ook in ‘no time’ gebouwd worden. Dus waar wachten we nog op in een woningmarkt die zo op slot zit?‘